Probleemgezin of niet

De tot op heden geringe belangstelling bij het grote publiek voor de misstanden bij het AMK en Jeugdzorg, komt voort uit het hardnekkige misverstand dat mensen die ‘onder curatele’ zijn gesteld door een kinderbeschermingsorganisatie, thuis horen in de categorie crisisgezin. Niet iedereen lijkt zich te realiseren dat het ieder gezin in Nederland kan overkomen, op een dag te worden geconfronteerd met een kinderbeschermingsmaatregel, ook al hebben de ouders van dat gezin niets anders gedaan dan zich met hart en ziel inzetten voor hun kinderen. Dan bedoel ik zich inzetten op een deskundige en verantwoordelijke manier met een goed resultaat. Kinderen die met een gerust hart afgeleverd mogen worden aan de maatschappij.

Kinderlijk eenvoudig

Volkomen normale gezinnen kunnen op ieder denkbaar moment door een overijverige zorgprofessional (die het teveel moeite vindt eerst met u als ouders te overleggen), worden aangemeld voor een onderzoek naar kindermishandeling. Hiervoor zijn eigenlijk twee redenen. Ten eerste is het aanmelden van een gezin wegens vermoeden van kindermishandeling ‘kinderlijk’ eenvoudig. En daarnaast geldt bij verwaarlozing of mishandeling niet het principe van bewezen mishandeling op basis van grondig onderzoek door gekwalificeerde professionals, maar het gewicht van een verzameling meningen die worden voorgesteld als wetenschappelijk betrouwbaar, zonder dat ze daadwerkelijk aan die criteria voldoen.

Laat u niet misleiden

Je hoort ouders vaak zeggen: “Ik heb niets te verbergen, dus mij kunnen ze niets maken”. Maar daar gaan ze al gauw anders over denken, zodra de AMK-melding over het gezin binnen komt. Zodra ze net als alle normale ouders vóór hen, erachter komen dat het AMK aan de eigen inbreng van ouders in het onderzoek niet zo’n hoge prioriteit toekent en dat het vooral een ‘onderonsje’ is tussen de zorgprofessionals. Die spreken bij voorkeur óver de ouders en niet mét de ouders. Natuurlijk mag u ook wat zeggen, maar dat is meer voor de vorm. Vergeet niet dat u altijd wordt gehoord in de hoedanigheid van verdachte. Laat u niet misleiden door de mooie slogans in de glimmende folders:”Samen zoeken we naar de beste hulp voor u en uw kind”. Wanneer ouders proberen wetenschappelijke onderzoeken in te brengen die een verklaring zouden kunnen bieden voor bepaalde gedragingen van het kind, worden die met tegenzin in ontvangst genomen. Men vormt zich toch bij voorkeur een pedagogische mening over het gedrag van het kind. Iets waarbij het vermeende tekort schieten van de ouders (en de daarbij benodigde hulp) beter bij tot uiting zal komen.

U bent geen persoon

Als u zich begint te verweren tegen de verdachtmakende behandeling door het AMK, of met goede argumenten hun onreglementaire handelen aan de kaak stelt, zult u merken dat na verloop van tijd uw mailtjes en telefoontjes niet meer worden beantwoord. Na het onderzoek (als het kwaad al is geschied) zal men er op terug komen. In de praktijk betekent dit, dat u bij het afsluitgesprek wordt verteld dat uw commentaar ‘aan het dossier is toegevoegd’. Er wordt daarbij niet met u gesproken, maar er wordt u iets medegedeeld. U bent geen persoon, maar een object. Een vervelende sta-in-de-weg; een hinderlijke invloed op ‘het belang van het kind’. Uw kind heeft volgens de kinderbeschermers vooral belang bij de kinderbeschermers, niet bij de eigen ouders. Hoeveel belang de kinderbeschermers zelf hebben bij uw kind, is natuurlijk een taboeonderwerp. Daar wordt niet over gesproken. (of wilt u ze misschien boos maken, zodat ze het dossier meteen doorsturen naar de Raad?) Zo lang u geen vragen stelt over de ‘doe-het-zelf-werkverschaffing’ en braaf mee werkt, maakt u een klein kansje. Als echter het naar de mond praten van hulpverleners u slecht af gaat, kunt u zich voorbereiden op een enerverende tijd!

Ouders met eigen ideeën

Ouders met eigen ideeën, daar zijn ze in ‘kinderbeschermingsland’ niet zo blij mee. Misschien heeft u van de veelbelovende plannen van het ministerie gehoord om ouders meer te betrekken bij de hulp aan het kind. Dit betekent gewoonlijk dat ze eerst proberen u vrijwillig aan een bepaald hulpverleningstraject te laten meedoen, maar als u een andere mening bent toegedaan over wat het beste is voor uw kind (wie voedt het kind al jaren op?) dan zullen ze u er toch toe dwingen. U laat zich niet dwingen? Toch wel, om te voorkomen dat de hulpverleners zullen aansturen op een uithuisplaatsing, omdat uw ‘externaliserende’ gedrag kan leiden tot een ‘gevaarlijke’ opvoedsituatie, volgens Jeugdzorg. De gang naar de rechter is in veel gevallen toch een soort loterij. Veel ouders durven dat risico niet te nemen, als ze er achter zijn gekomen (vaak via internet) hoe gemakkelijk BJZ of de Raad kinderrechter weet te bespelen.

Gechanteerd en bedreigd

Zo kunnen ouders die van zichzelf weten dat ze volkomen capabel zijn om zelf voor hun kinderen te zorgen, zich toch laten vernederen in volstrekt overbodige hulpverleningstrajecten. Dan maar een stempel; dan maar de woede verbijten en je als intelligent persoon laten behandelen als een halve gare. Dan maar voor lief nemen dat vreemden u ongevraagd gaan vertellen wat u als ouder allemaal niet begrijpt van uw eigen kinderen, waar u dag en nacht voor klaar staat. Als u braaf mee werkt, strijken ze op een dag misschien met de hand over hun hart en laten ze u gaan. Maar wanneer laten ze u gaan? Die vraag gaat vanaf dat moment uw leven beheersen. Veel ouders beginnen te rekenen. Hoeveel jaar nog voordat mijn kind twaalf jaar oud is en zelf een stem krijgt bij de rechter? Hoe lang nog voordat mijn kinderen achttien zijn en het leugendossier eindelijk zal worden vernietigd? Het opmerkelijke is, dat u zich voelt als een gevangene terwijl u er niet zo uit ziet. U voelt zich gechanteerd en bedreigd, maar kunt daarvan geen aangifte doen bij de politie. U wordt straks misschien beroofd van uw kinderen en de dief is uw eigen overheid.

Zwaard van Damocles

Toch valt dit alles onder het cynische ‘recht op zorg’ zoals het zo mooi geformuleerd wordt in de beleidsbrief van staatssecretaris Veldhuijzen-van Zanten van VWS. U heeft er gewoon ‘recht’ op gemanipuleerd en gechanteerd te worden; geholpen met het Zwaard van Damocles boven het hoofd van uw kinderen. Het bedrog van BJZ schuilt hem hier in, dat de methode die misschien noodzakelijk is voor de echte crisisgezinnen (helpen onder dwang) net zo gemakkelijk wordt toegepast op gezinnen die dat stempel helemaal niet verdienen, waardoor mensen die zich verzetten tegen een onrechtvaardige behandeling, gekwalificeerd worden als ‘onwillig’. En zolang er geen gespecialiseerde diagnostiek wordt toegepast bij het beoordelen van aangemelde gezinnen, blijft het onmogelijk om op een eerlijke manier dit onderscheid te maken.

Spook-OTS

Wist u trouwens dat er een OTS bestaat die niet in de statistieken voorkomt? Ik noem dit de Spook-OTS. Hij is er wel en hij is er niet. Hij komt veelvuldig voor en is een soort moderne variant op hoe de ‘horigen’ in de middeleeuwen werden behandeld, door de op macht beluste adel en geestelijkheid. De Spook-OTS is een onzichtbare zweep die iedere keer uw ziel striemt, wanneer een zorgprofessional waar u mee te maken hebt (maatsch.werk, onderwijzer, consultatiebureau) zich ‘zorgen’ begint te maken over uw kind en dreigt met een AMK-melding, omdat u niet blindelings zijn of haar advies opvolgt. De Spook OTS kan ook het gevolg zijn van een onderzoek naar kindermishandeling, waarbij de mishandeling niet is bewezen. Er hebben teveel mensen gunstige dingen over uw gezin gezegd, om ‘ernstige bedreiging’ te kunnen constateren, maar de Raad wil u ook niet zomaar laten gaan. Voor de zekerheid moet u voor een bepaalde periode vrijwillige hulp aanvaarden (moet?, vrijwillig?) waarbij aan de hulpverlenende instantie door de Raad wordt doorgegeven dat zij een zorgmelding moeten doen wanneer de ouders zich niet voldoende inzetten. Wat het criterium is voor ‘niet voldoende’ mag deze hulpverlener grotendeels zelf bepalen. Afgezien van een voorgeschreven periode van een aantal maanden, zijn beoordelingen van ouders als (‘werken niet mee’, ‘zijn niet gemotiveerd’) natuurlijk hoogst subjectief. Meestal gaat het dan over een verschil in visie tussen ouders en instantie, over wat in het beste belang is van het kind.

Ook al heeft het gezin geen OTS gekregen, de volmacht is door de Raad gegeven aan de hulpverlenende instantie: ‘Denk erom, deze ouders zijn weliswaar vrijgesproken, maar nog steeds verdacht.’ De ouders lopen dus een verhoogde kans op het krijgen van een zorgmelding en dat slaapt ook niet lekker. Er moet nu gehoorzaamd worden aan de hulpverlenende instantie, omdat de dreigende zorgmelding zou kunnen resulteren in een verzoek tot OTS bij de kinderrechter en het staat niet fraai als bij de rechtbank de hulpinstantie verklaart dat ouders weigerden om mee te werken ‘in het belang van het kind’. Er is dus nog geen kinderrechter aan te pas geweest, maar ‘psychologisch’ hebben ze de ouders al in de mangel.

Het ondermijnen van je privéleven

Het kan op deze manier voorkomen dat u als gescheiden ouders gedwongen wordt met elkaar om de tafel te gaan zitten, om beter met elkaar te leren communiceren. De instantie vindt dat belangrijk voor het ‘veilig’ opgroeien van uw kind. Zo kunt u wanneer u als moeder bijvoorbeeld bent mishandeld door uw ex, gedwongen worden om samen met de man waar u nog steeds doodsbang voor bent, een opvoedcursus te gaan volgen. Of dit behalve in het belang van het kind, ook in het belang is van u als getraumatiseerd persoon die net het eigen leven weer een beetje op de rails heeft, door zich los te maken van de problematische ex, is geen factor waar de hulpverlener rekening mee wenst te houden. Er wordt immers geld verdiend aan uw kind, niet aan u! Dit is maar één van de vele voorbeelden die aantonen wat voor een ‘Voodoobezwering’ de kreet ‘in het belang van het kind’ is geworden. (in Jeugdzorg nieuwe stijl: het belang van de jeugdige) Zó diep kan er worden ingegrepen in uw privéleven, waarbij de autonomie en de waardigheid van u als volwassen mens volledig wordt ondermijnd.

VIR, doe er niet aan mee!

Dit soort zaken zullen er in de toekomst vermoedelijk niet beter op worden. Met het nieuwe speeltje van VWS, de Verwijsindex Risico Jongeren, kunnen hulpverleners nog beter achter uw rug om hun zorgen over uw kind met elkaar delen. In het geval van bijvoorbeeld een AMK-onderzoek betekent dit dat een goed deel van de personen die als informanten zullen dienen voor het onderzoek, de horloges al met elkaar gelijk hebben gezet, nog voordat ze worden bevraagd. De onderwijzer, de maatschappelijk werker, de schoolarts en de ambulante hulp op de school, maken zich gezamenlijk héél veel zorgen. En u hebt natuurlijk recht op zorg! De nieuwe Centra voor Jeugd en Gezin zullen straks in de school van uw kind te vinden zijn, om te kijken of er dingen zijn bij uw kind waar ze zich zorgen over moeten maken. Als u zich straks in die positie bevindt, dan hoop ik maar dat u hun zorgen zult delen. Anders zullen ze toch genoodzaakt zijn om een loketje verderop hun zorgen over uw kind te deponeren in de vorm van een melding. Ze doen natuurlijk niet zomaar een melding…Ze zullen u er eerst mee dreigen.

AMK-melding door scholen

Prominent aanwezig in de lijst van leveranciers van de Spook OTS, staan de scholen, en met name schoolbesturen. Wat die om negatieve publiciteit te voorkomen, allemaal niet durven te doen! Een half jaar terug hebben we het spectaculaire voorbeeld gehad van een directeur die een docente € 50.000,- zwijggeld (!) bood, om te voorkomen dat zij de media zou opzoeken over de bedreigingen die leerlingen hadden geuit tegen haar en haar gezin. Een voorbeeld dat laat zien dat vaak niet de oorzaak van een probleem op de school wordt aangepakt, maar degene die er ruchtbaarheid aan geeft. Zo zijn er veel gevallen van ouders die zich niet serieus genomen voelen door een school wanneer zij klachten uiten over onveiligheid en gebrek aan toezicht. Wanneer de school het moeilijk vindt om beter de orde te handhaven, kan de zich beklagende ouder gedreigd worden met een zorgmelding. Op die manier wordt het gevoel van onveiligheid dat het kind beleeft, teruggekaatst naar de gezinssituatie, zodat het gebrek aan handhaving door de school uit de aandacht verdwijnt. Ook komt het voor dat scholen dreigen met een zorgmelding als ouders hun kind op een andere school willen plaatsen (wegens pesten of gebrek aan goede begeleiding .

De zelfde dreiging met een zorgmelding kan ook toegepast worden als een school een kind wil verwijderen en de ouders hier op tegen zijn. Dit kan kinderen betreffen die chronisch ziek zijn (maar verder goed kunnen leren) en de school het eigenlijk gewoon te veel moeite vindt om het kind wat extra te ondersteunen. Verder kan een meningsverschil met een specifieke leerkracht van de school leiden tot een meldingsdreiging. Was er in de voorgaande klassen nog niets aan de hand; met de nieuwe juf is er geen ‘klik’ en tussen moeder en leerkracht ontstaan irritaties. De leerkracht meent op grond van haar pedagogische kwaliteiten beter te weten wat goed is voor het kind en dreigt haar mening kracht bij te zetten met een AMK-melding. In gevallen waarbij ouders het vermoeden hebben dat een leerkracht zich schuldig maakt aan seksueel misbruik van hun kind, kan de betreffende leerkracht ‘preventief’ een zorgmelding doen tegen de ouders en vermelden dat zij het kind mogelijk schade doen, omdat zij ‘waanideeën’ hebben.

Geen handen vuil maken

Het is om diverse redenen dat scholen de ‘zorg’ voor het kind misbruiken om zichzelf een machtspositie te verschaffen tegenover de ouders. Pedagogen zijn voor het AMK per definitie geloofwaardiger dan ouders en waarom zou je als schoolbestuur in een conflictsituatie zelf je handen vuil blijven maken, als het AMK het snel en effectief voor je kan oplossen? Zelfs al zou het AMK niets met de melding doen, dan is er voor de school nog niets aan de hand. De melder wordt zelden iets kwalijk genomen, hoe belachelijk de gronden voor de melding ook zijn.

Als we dus de meldingsdreiging door hulpverleners optellen bij de feitelijke aantallen ondertoezichtstellingen en uithuisplaatsingen, zien we dat de macht van Jeugdzorg of de Raad in werkelijkheid veel groter is dan de cijfers aangeven. Bovendien stellen ze door hun kritiekloze houding naar collega-zorgprofessionals ook anderen in staat om een oneigenlijke macht uit te oefenen, waar ouders zich slecht tegen kunnen verweren. Zolang deze instanties weigeren uit te gaan van feitenonderzoek, en in plaats daarvan díe meningen te laten prevaleren, waarvan zíj vinden dat die het meest betrouwbaar zijn, kan er aan deze misstanden geen halt worden toegeroepen. Alle mooie beloften van de overheid over betere hulpverlening ten spijt.

Sven Snijer

http://jeugdzorg-darkhorse.blogspot.com